De boodschap van de duif.

Genesis 8 verzen 1 t/m 13

(tekst Basisbijbel)

 

Maar God was Noach en alle dieren bij hem in de boot niet vergeten.

Hij zorgde ervoor dat de wind het water wegblies, zodat het water zakte.

Hij sloot de bronnen in de aarde waaruit het water naar boven kolkte.

Ook liet Hij het ophouden met regenen.

Langzaam maar zeker stroomde het water van de aarde weg.

Zo begon na 150 dagen (5 maanden) het water te zakken.

Op de 17e dag van de zevende maand bleef de boot vastzitten op één van de bergtoppen van de Ararat.

Het water bleef langzaam zakken.

Op de eerste dag van de tiende maand waren de toppen van de bergen weer te zien.

Toen er 40 dagen voorbij waren, deed Noach het raam van de boot open.

Hij liet een raaf wegvliegen.

De raaf bleef heen en weer vliegen totdat de aarde weer droog was.

Daarna liet hij een duif wegvliegen, om te zien of het water al helemaal was verdwenen.

Maar de duif vond nog nergens een plekje om te gaan zitten en vloog naar Noach terug.

Want de hele aarde stond nog onder water.

Noach stak zijn hand uit en nam de duif weer terug in de boot.

Hij wachtte nog zeven dagen en liet de duif toen weer wegvliegen.  

's Avonds kwam de duif terug met een vers olijfblad in de snavel.

Daardoor wist Noach dat het water op aarde was gezakt.

Hij wachtte nóg zeven dagen en liet toen de duif weer los.

De duif kwam niet meer bij hem terug.

In het jaar dat Noach 601 jaar werd,

op de eerste dag van de eerste maand, was de aarde opgedroogd.




DE BOODSCHAP VAN DE DUIF

NIEUWJAARSDAG 2021


Zoals wij nu

ons leven moeten leiden,

is het ook gegaan

in ver vervlogen tijden.

Een lockdown zoals die heerst

in ons bestaan,

heeft Noach in de ark

ook moeten ondergaan.

 

Nu dreiging en gevaren

ons van dichtbij belagen,

leert het verhaal van ‘d ark,

ons hoop in bange dagen.

 

Want God zal u en mij

ook zeker niet vergeten,

al dreigt de storm, de wind,

Hij heeft diens tijd bemeten.

 

De Heer gaf opdracht om aan boord,

drinkwater te vergaren,

en ook voor elk in ‘t ruim

voldoende etenswaren.

 

Elk mens en dier

werd dagelijks gevoed,

de Heer heeft ieder in de ark

voor honger en ook dorst behoed.

 

Vijf maanden had de ark,

de woeste wateren weerstaan,

wijl ieder daar aan boord verlangde,

hoopte op een nieuw bestaan.

 

En Noach zag steeds meer

de voedselvoorraad slinken,

ook was er na die lange tijd

niet veel meer om te drinken.

 

Toen werd hij verontrust,

verlangde naar een teken,

dat alles goed weer was

en het water was geweken.

 

Een duif die hij,

over de vloed gezonden had,

kwam spoedig weer terug,

bracht een olijfgroen blad.

 

Die duif is als een bede,

al aan de Heer gericht,

volhardend in vertrouwen

verlangend naar Gods Licht.

 

Het groene blad laat zien,

dat je iets merkt en weet,

als antwoord op jouw bede,

dat jij,

misschien niet had verwacht,

waaruit je op kan maken,

God heeft aan mij gedacht.

 

En op die nieuwjaarsdag,

toen was

en dat is toch bijzonder,

de wereld weer

zo groen als gras.

 

En juist daarom bewonder,

elke eerste dag van ’t nieuwe jaar,

en elke dag,

aan u gegeven,

al is het soms ook zwaar,

vertrouwende op Hem,

met goede moed en zin,

en hopend op een nieuw

en zegenrijk begin.




Share by: